ik ben van hardhout,
rubberboom
een modderpoel
tas van stevig linnen
gevuld met
kostelijk vermaak
ik ben van gras en het waait
de pissebed onder een steen
ik ben de lijn in het verhaal
het open einde
pijn die niet te stillen valt
ik ben het levenslied,
de jankende gitaar
rap zonder rijm
Ik ben het
zijpad, het drielandenpunt
de berg omlaag
trapleer met een kleurtje
ik ben godsgruwelijk levend
Astrid