Nocturne
Gott meint es gut mit jedermann,
Auch in den allergrössten Nöten.
Verbirget er gleich sein Liebe,
So denkt sein Herz doch heimlich dran.
Cantate BWV 188
sluierwege slaapt
haar blikken sneeuw
tikt het ik in binnenik
oogst of oogt noch oorlog
heur stiekeme geeuw
hoe weet de oehoe
hier de leeuwen
van mijn misverstand
ik ben er wel maar niet
van alle eeuwen
eens per hartslag
zal ik waken
dertien omloops lang
uw ziel en heil
zal ik drama slaken
van de verre lila kim
steek ik over naakt
hopend op uw telescoop
zoek hand in hand
de ster die immer waakt
neem mij dus louter ’s nachts
ik ben in lood gehuld
indigo licht ik op
wanneer uw vingerspreeuw
mijn liefste zucht vervult
♥
ill. Wiebe Bloemena, 1963, 2009