Temperaturen en gemoederen hoog op
flirten met plafonds.
Een hand gevuld met je borstkoepel.
Dul noch dol de griet.
Geen feest hier in het land,
teugels strak.
Tot alles ineenstuikt.
Regen en wind beuken erop in, hakken.
Boom en rots, middenvingers
in deze branding in dit gegeseld land.
Langzaam de teugels vieren.
Wind gaat liggen. Boom en rots
glimmen en glunderen.
Categorieën