Categorieën
PLEEBEER

Kak!

KAK!

Alle tijd dat u kakt is verloren tijd!
Pleegenoten van de wereld, gedenk uw kak!

Hé kak, kijk, kak hé!
Ja kak, kak ja. Ja wat jakkes? Kak!
U bent zelf jakkes! Eigen kak eerst!
Draait u dan nooit eens mooie kak?

Ja kak dan als u durft! Draaikont! En zeg eens:
KAKT U VELIMIR DUN OF KAKT U VELIMIR DIK?
Het gaat hier om het edele kakken hè…
Want wie goed kakt kakt voor twee.
Bah bah, vieze bah, bah vieze bah, KAK!

Hé u daar, pleegenoot!
U ultradenker van ingewikkelde vraagstukken,
wat vindt u eigenlijk van uw eigen kak?
Hé Pleemate-je van me!
Wij willen hem niet daar maar hier hè!

Begrijpt u nu, niet in de zoo maar zo in de wildernis,
op het drijfzand van de tijd; want kak blijf kak en
blijft wis en waarachtig drijven hoor.
Ziet u uw kak al voor u? Dobbert die nu of dobbert die niet?

Wanneer u uw kak indachtig de kunsten goed beschouwt,
zie dan de plakranden van de kak- pis- en kalkresten,
daar waar het discours nog net riekt en spoeling niet reikt.
Alle kak spoelt mettertijd flux weg in onder- en bovenstroom,
Behalve de kak die uw eigenste kakmond schuurt!

Uw kakmond insmeren met zinkzalf gaat u geen zak helpen.
Kak begint immers wanneer u niet alles precies terugkakt!
Kak buiten het kakkerige plakgebied.
Kak tot aan de randen van de labbekak!